Robbert-Jan van Duijn, burgemeester
Robbert-Jan van Duijn (1987) zit stralend achter de webcam. Wij spreken hem op de avond voor de officiële overdracht van de Rode Lantaarn aan Magda Jansen (Woudenberg) – de symbolische lichtbron die is weggelegd voor de jongste burgemeester van Nederland. Een bevlogen gesprek met de twee-na-jongste burgemeester van Nederland over zijn twee jaar als Rode Lantaarn-drager, leeftijd en het ambt – maar vooral: enthousiasme en verbinding.
Waar staat de rode lantaarn symbool voor?
"Tot 20 jaar geleden was de Rode Lantaarn spreekwoordelijk, nu is het een echte. Het was altijd al het gebruik om een opdracht door te geven aan de nieuwe jongste burgemeester. Sander Schelberg kreeg als opdracht om de rode lantaarn fysiek te maken. De lantaarn heeft iets mysterieus. Hij doet het echt. De lont is ook zwart geblakerd. het is een mysterie wie van de vorige dragers hem heeft uitgeprobeerd.
We hebben een genootschap met alle 40- burgemeesters. Binnen die groep delen we veel met elkaar. Leuke en minder leuke dingen, maar ook veel vragen over het ambt. Hoe plannen jullie je afspraken in deze Zoom-tijd, dat soort dingen. We hebben echt wat aan elkaar."
Wanneer wist je dat je burgemeester wilde worden?
"Mijn nichtje is 5, die vertelt overal op school dat ze burgemeester wil worden. Zo ging het bij mij totaal niet. Ik heb eigenlijk nooit nagedacht over iets in de politiek, tot ik tegen alle verwachtingen in gemeenteraadslid in Aalsmeer werd. Gaandeweg vond ik het eigenlijk steeds interessanter worden. Zeker als je merkt dat je het verschil kan maken, hoe cliché dat ook klinkt. Na een tijd merkte ik dat het politieke me steeds meer tegen begon te staan. Je moet als raadslid en fractievoorzitter bezig zijn met goed voor de dag komen, scherp zijn. Ik vond dat dat mij niet een leuker persoon maakte en het leidde me af van de inhoud.
In mijn 10 jaar in de lokale politiek in Aalsmeer, heb ik als gemeenteraadslid en wethouder 5 burgemeesters meegemaakt. Ik dacht steeds vaker, hoe zou ik het doen als ik aan de andere kant zou zitten? Toen de vacature voor Nieuwkoop voorbij kwam, zeiden mijn vrouw en ik direct: dit is mijn kans. Een gemeente in de randstad en het groene hart, met meerdere kernen, een sterk verenigingsleven en vlakbij de grote steden. Die sollicitatiebrief schrijven is het meest bijzondere dat ik ooit gedaan heb. Ik schreef op: Geachte Majesteit, schoof mijn stoel naar achter en heb een hele tijd met verbazing naar de computer zitten staren. Een brief aan de Koning!"
Wat hebben de afgelopen twee jaar jou geleerd over het burgemeesterschap?
"Ik heb theologie gestudeerd. Daar heb ik veel aan. Soms voel ik me net een dominee. De afgelopen twee jaar hebben mij veel over mezelf ten opzichte van het ambt geleerd. Mijn eigen ‘ik’ en burgemeester van Duijn lopen vaak door elkaar. Maar het zijn ook twee losse zaken. Dat probeer ik duidelijk te houden. Ik zeg weleens thuis, vandaag vinden ze me helemaal fantastisch, morgen vinden ze me de grootste zak die er is. Als de waarheid ergens in het midden ligt, doe je het wat mij betreft best goed. Als jongste burgemeester word je soms echt op handen gedragen. Ik weet: dat is niet waar. Mensen vinden mij interessant om het ambt dat ik vertegenwoordig. Dat is veel groter dan ikzelf.
Als wethouder had ik op straat veel gesprekken, maar die waren altijd inhoudelijk; waarom heeft u die vergunning niet toegekend? Nu zijn ze heel persoonlijk. Ik heb nu twee keer de Nieuwkoopse wandelvierdaagse georganiseerd, waarbij inwoners met mij in etappes konden meelopen. Die gesprekken gingen allemaal over het leven. Heel bijzonder. Daar ben ik ook in geïnteresseerd. Ik wil deze gemeente en gemeenschappen helemaal doorgronden. Ik geloof erg in de kracht van kwetsbaarheid, juist op moeilijke momenten. Als je je kwetsbaar durft op te stellen, krijg je dat ook terug."
Dat brengt me op het onderwerp van bestuurlijke weerbaarheid. Jij hebt de afgelopen twee jaar onrust en weerstand proberen te ondervangen door eigentijdse vormen van participatie. Vertel daar eens wat meer over.
"Een voorbeeld is afgelopen jaarwisseling. Dat was vrij heftig hier. Het leidde tot de inzet van de ME. Als burgemeester maak je die beslissing en dat heeft enorm veel impact op de dorpskernen. Ik vind dat ik er dan ook moet staan. Ik knoop dan goed in mijn oren: ze zijn niet boos op hun buurtgenoot Robbert-Jan, maar op burgemeester van Duijn. Het wisselen van die rollen is het moeilijke aan het ambt, maar tegelijkertijd ook een van mooiste dingen. Tijdens de jaarwisseling zat ik heel duidelijk in de sheriffrol van handhaver, de dag erna was ik weer burgervader. We hebben na de jaarwisseling op het dorpsplein samen met de politie een koffiekar neergezet om het gesprek hierover aan te gaan met wie dat maar wilde.
De gemeente Nieuwkoop is een gemeente met veel kleinere dorpskernen. Daardoor sta je als burgemeester heel dichtbij je inwoners. Dat heeft ook een keerzijde. Mensen vinden mij benaderbaar. Dat komt deels door mijn leeftijd, het beeld wat mensen daarvan hebben, en door de persoon die ik ben.. Dat betekent bijvoorbeeld ook dat de periode van de jaarwisseling en de dagen erna heel impactvol voor mij is geweest. Je bent makkelijk te vinden, mijn telefoon staat altijd aan, ik zit op sociale media. Dat wil ik ook, ik wil bereikbaar zijn."
Wat brengt jouw leeftijd het ambt?
"Het gekke is, door die leeftijd denk ik op het ene moment wel: wie denk je nou dat je bent, ik kan dit helemaal niet. Vooral als ik zie tussen wie ik allemaal zit in mijn regio, allerlei zwaargewichten in het ambt. Maar gelukkig denk ik dan weer het volgende moment: ik kan dit volgens mij hartstikke goed. Niet voor niets gebruikte ik in mijn inauguratiespeech het bekende citaat "Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan.” Ik kreeg de rode lantaarn en vond dat heel leuk, maar wilde niet dat de nadruk daar heel erg op zou liggen. Ik ben nou ook geen 16 of zo. De gemiddelde burgemeester is gewoon niet heel jong, dus dan ben je ook wat sneller de jongste."
Hoe maak je andere jonge mensen enthousiast voor de burgemeestersfunctie?
"Laatst was ik op een basisschool voor de Kinderboekenweek. Die kinderen zien dan dat je dit ook al kan doen als je wat jonger bent en niet per se grijs en opa of oma. Dat vinden ze fantastisch. Ik geloof daarin: als je een bepaalde drive hebt, als je er echt voor wilt gaan, moet je het gewoon doen. Als burgemeester kan ik op de lange termijn echt wat betekenen in de relatie tussen burger en overheid en participatie.
Dat is misschien wel de belangrijkste vraag om mee bezig te zijn: hoe zorgen we dat die overheid ook meer van ons wordt?
Als je een jonge burgemeester in je gemeente ziet, voelt de overheid als jongere misschien toch wat dichterbij."
Wat zijn jouw dromen als burgemeester?
"Ik wil een overheid die als meest dichtbije bestuurslaag nog meer in de praktijk brengt dat wij ook daadwerkelijk dichtbij zijn. In Nieuwkoop zijn we net begonnen met het Loket voor oplossingen. Gemeentes delegeren steeds meer naar uitvoerende partijen. En dan is er nog de trend dat er steeds minder bankkantoren zijn, minder bakkers. Veel verdwijnt. Daardoor komen steeds meer mensen aan de balie in het gemeentehuis met vragen waar wij geen antwoord op hebben. Die mensen worden snel weggezet als verward. Maar wíj hebben het heel verwarrend voor hen gemaakt. Ons loket voor oplossingen is eigenlijk meer een werkwijze.
Het betekent: als je de gemeente Nieuwkoop opbelt, ben je nooit meer verkeerd verbonden.
Niet dat wij alles oplossen, maar we helpen mensen wel door het enorme bureaucratiebos om de bomen te zien. Ik hoop dat we hiermee een soort trend kunnen zetten om dichterbij die inwoners te staan."
Wat zou je de nieuwe rode lantaarndrager willen meegeven?
"Tips geven, daar ben ik niet zo van. Uiteindelijk moet je het toch zelf uitvogelen. Ik ben wel een aanhanger van de theorie van het kapot laten vallen, afkomstig van een collega. Laat het maar af en toe fout gaan. Daar leer je het meest van. Nieuwkoop is een schaatsgemeente, dus in die traditie zeg ik: je leert nooit schaatsen als je nooit valt. Val maar."